De Toren

de Toren

Bouwwerken, ook in de Tarot, bieden bescherming en veiligheid voor de invloeden van buitenaf. Aangezien de Tarot altijd op het Zelf betrekking heeft, staan bouwwerken voor vormen waarmee we dat kwetsbare Zelf beschermen. Het harnas dat we als het ware aantrekken. Tegelijkertijd kan dat harnas uitdrukking geven aan dat Zelf. Zoals we met kleding en kleuren tonen waar we van houden of bij welke cultuur we horen.

Dat omhulsel, dat bouwwerk, bouwen we langzaam op. We leren onszelf beter kennen en voegen er steeds meer steentjes aan toe. Die steentjes zijn te vergelijken met de labels en etiketten die we aan ons zelf geven. Zoals ‘moeder’ of ‘introvert’ of ‘boekenwurm’.

Dit bouwwerk vormt ons thuis. Binnen die stenen kunnen we onszelf zijn.

Op de afbeelding van Grote Arcana Toren is dat bouwwerk erg hoog geworden en doet het ogen als een gevangenis. In sommige decks zijn de ramen zelfs voorzien van tralies.

de Bliksem

De toren op de kaart wordt getroffen door de bliksem. Bliksem is een symbool van goddelijkheid. En ook de vonkjes om de toren heen in de vorm van de Hebreeuwse letter Yod zijn een verwijzing naar de goddelijke kern of vonk in alles.

Die goddelijkheid slaat in op het bouwsel dat we om ons heen hebben verzameld en maakt dat stuk. Er van uitgaande dat god (hoe we deze ook zien of noemen) geen oude man in de hemel is, maar een liefdeskracht in alles, kun je de blikseminslag zien als een energie die door gelijkwaardige energie wordt aangetrokken. Datgene dat de baan blokkeert wordt verwijderd.

de Kroon

Door de blikseminslag breekt de top van de toren af. Die top heeft de vorm van een kroon. Dit verklaart waarom het goddelijke in ons moest ingrijpen. Datgene dat eens ons Zelf moest beschermen, het paleis waarin het Zelf als koning troonde, is de kroon gaan dragen. Het Zelf is dan niet meer leidend, maar al de labeltjes en etiketjes die als steentjes om het Zelf heen zijn gebouwd.

We noemen dit de ontkroning van het ego. De toren, die labeltjes, geven vorm en woorden aan het ego. Aan hoe we door de buitenwereld gezien willen worden. Dat geeft in eerste instantie houvast aan het Zelf (de ziel), maar kan het Zelf ook danig in de weg gaan zitten.

Ego houdt van veiligheid en status quo. Het Zelf ontwikkeld zich. Alle kaarten in de Tarot zijn gericht op Zelfontwikkeling waarbij het doel is dichterbij het Zelf te komen. Hiervoor moeten soms enkele bakstenen en in dit geval torens afgebroken worden. Ego wil behouden en staat deze beweging in de weg.

Het is dan dat goddelijke inzicht dat nodig is om ego te ontkronen en Zelf te bevrijden.

Animus

Uit de toren storten twee figuren neer. Een mannelijk en een vrouwelijk figuur. Onze Animus en Anima.

De Animus is ons actieve mannelijke naar buitengerichte Doen. Zodra labels en etiketten wegvallen, komt het Doen stil te liggen. Want we weten pas wat we willen, moeten of kunnen Doen, wanneer we weten wie we Zijn. En alle woorden en vormen die we aan het Zijn gaven brokkelen nu af.

Anima

Ook Anima stort neer. Je ziet dat het vrouwelijk aspect een kroon draagt. Zij was het die lang als koningin de scepter zwaaide totdat het ego het overnam. Door het inslaan van de bliksem echter vervallen álle labels. Ook het idee van dualisme en het hebben van een Animus en Anima wordt afgebroken.

De goddelijke energie is er een van eenheid en geheel. Die energie in de vorm van de bliksem maakt verbinding met diezelfde energie in de vorm van het Zelf en maakt één geheel. Ofwel het Zelf lost op in het goddelijke geheel.

Daarom is de Grote Arcana Toren vaak zo schokkend. Door het goddelijke inzicht en de verwoesting van ego, blijft er geen houvast meer over.